De camera maakt automatisch foto’s bij geselecteerde intervallen om een stille time-lapse-film te creëren.

Als u Time-lapse-film selecteert, worden de onderstaande opties weergegeven.

  • Starten: Start de time-lapse-opname. De opname start na ongeveer 3 sec. en duurt voort bij het geselecteerde interval voor de geselecteerde opnameduur.
  • Interval: Kies het interval tussen opnamen in minuten en seconden.
  • Opnameduur: Kies hoe lang de camera foto’s blijft maken (uren en minuten).
  • Gelijkmatige belichting: Het selecteren van Aan verzacht abrupte veranderingen in belichting in andere standen dan M (merk op dat gelijkmatige belichting alleen in werking treedt in stand M als automatische instelling voor ISO-gevoeligheid aan is). Grote veranderingen aangebracht aan de helderheid van het onderwerp tijdens het fotograferen kunnen leiden tot zichtbare verschillen in de belichting, in welk geval het mogelijkerwijs nodig is het interval tussen opnamen te verkorten.
  • Stil fotograferen: Selecteer Aan om de sluiter stil te laten zijn tijdens het fotograferen.
  • Kies beeldveld: Kies een beeldveld (FX of DX).
  • Beeldformaat/beeldsnelheid: Kies het beeldformaat en de snelheid voor de eindfilm.
  • Intervalprioriteit: Selecteer Aan om ervoor te zorgen dat foto’s gemaakt in de standen P en A bij het gekozen interval worden gemaakt, Uit om ervoor te zorgen dat foto’s juist worden belicht. Als Aan is geselecteerd, controleer dan of de langste sluitertijd die is gekozen voor ISO-gevoeligheid instellen > Autom inst ISO-gevoeligheid in het foto-opnamemenu korter is dan het interval en dat Ontspannen is gekozen voor Persoonlijke instelling a1(Selectie AF-C-prioriteit) of Persoonlijke instelling a2 (Selectie AF-S-prioriteit) overeenkomstig de scherpstelstand die momenteel is geselecteerd.

Time-lapse-films opnemen

Vóór het opnemen

Selecteer, voordat u een time-lapse-film maakt, Tijdzone en datum in het setup-menu en stel de cameraklok op de juiste tijd en datum in en maak vervolgens een testopname bij de huidige instellingen en bekijk de resultaten. Time-lapse-films worden opgenomen met behulp van de filmuitsnede; druk, om de compositie te controleren, op de X-knop in de Time-lapse-film-weergave (om naar de Time-lapse-film-weergave terug te keren, druk opnieuw op de W/Q-knop). Kies, voor samenhangende kleuren, een andere witbalansinstelling dan 4 (automatisch) of D (automatisch daglicht).

Controleer of de accu van de camera volledig opgeladen is om er zeker van te zijn dat de opname niet wordt onderbroken. Bij twijfel, laad de accu voor gebruik op of gebruik een lichtnetadapter en stroomaansluiting (apart verkrijgbaar).

  1. Selecteer Time-lapse-film.

    Markeer Time-lapse-film in het foto-opnamemenu en druk op 2.

    Time-lapse-filmopties worden weergegeven.

  2. Pas time-lapse-filminstellingen aan.

    Pas de volgende instellingen aan:

    • Interval: Het interval (in minuten en seconden) moet langer dan de langst geanticipeerde sluitertijd zijn.

      Markeer Interval en druk op 2.

      Markeer een interval en druk op J.

    • Opnameduur: De totale opnameduur (in uren en minuten) kan maximaal 7 uur en 59 minuten zijn.

      Markeer Opnameduur en druk op 2.

      Kies een opnameduur en druk op J.

    • Gelijkmatige belichting: Schakel gelijkmatige belichting in of uit.

      Markeer Gelijkmatige belichting en druk op 2.

      Markeer een optie en druk op J.

    • Stil fotograferen: Schakel stil fotograferen in of uit.

      Markeer Stil fotograferen en druk op 2.

      Markeer een optie en druk op J.

    • Kies beeldveld: Kies een beeldveld voor time-lapse-opnamen.

      Markeer Kies beeldveld en druk op 2.

      Markeer een optie en druk op J.

    • Beeldformaat/beeldsnelheid: Kies het beeldformaat en de snelheid waarbij de eindfilm zal worden afgespeeld.

      Markeer Beeldformaat/beeldsnelheid en druk op 2.

      Markeer een optie en druk op J.

    • Intervalprioriteit: Schakel Intervalprioriteit in of uit.

      Markeer Intervalprioriteit en druk op 2.

      Markeer een optie en druk op J.

  3. Start de opname.

    Markeer Starten en druk op J. De opname start na ongeveer 3 sec. De weergave schakelt uit en de camera maakt foto’s bij het geselecteerde interval voor de geselecteerde opnameduur.

Tijdens opname

Tijdens het vastleggen wordt de time-lapse-opnameaanduiding in het bedieningspaneel weergegeven en zal het toegangslampje van de geheugenkaart branden. Ongeacht de optie geselecteerd voor Persoonlijke instelling c3 (Uitschakelvertraging, 0 c3: Uitschakelvertraging) > Stand-by-timer, zal de stand-by-timer niet aflopen tijdens opname.

Instellingen aanpassen tussen opnamen

De opname- en menu-instellingen kunnen tussen de opnamen worden aangepast. Houd er echter rekening mee dat de monitor uitschakelt ongeveer 2 seconden voordat de volgende opname wordt gemaakt.

Opname stoppen

Om de opname te beëindigen voordat alle foto’s zijn gemaakt, markeert u Uit in het time-lapse-filmmenu en drukt u op J (let erop dat de opname niet eindigt als de waarde geselecteerd voor Interval erg kort is. In dat geval kan de opname worden beëindigd door de camera uit te schakelen). Er wordt een film gemaakt van de beelden die tot op dat punt zijn vastgelegd. Houd er rekening mee dat als de voedingsbron wordt verwijderd of losgekoppeld, of de geheugenkaart wordt uitgeworpen, de opname stopt (maar er is geen pieptoon te horen) en er geen film wordt opgenomen.

Geen foto

De camera stelt scherp voorafgaand aan elke opname. Als de huidige geselecteerde scherpstelstand AF-S is en Uit geselecteerd is voor Intervalprioriteit, gaat de camera naar het volgende interval als scherpstelling niet mogelijk is.

De lengte van de eindfilm berekenen

Het totaal aantal beelden in de eindfilm kan worden berekend door de opnameduur door het interval te delen en naar boven toe af te ronden en 1 erbij op te tellen. De lengte van de eindfilm kan dan worden berekend door het aantal opnamen te delen door de beeldsnelheid geselecteerd voor Beeldformaat/beeldsnelheid. Een 48-beelden film opgenomen bij 1920 × 1080; 24p, bijvoorbeeld, zal ongeveer twee seconden lang zijn. De maximale lengte voor time-lapse-films is 20 minuten.

Beeldformaat/beeldsnelheid

Geheugenkaartaanduiding   Opgenomen lengte/maximale lengte

Time-lapse-films

Time-lapse-films kunnen niet worden gecombineerd met sommige camerafuncties, inclusief filmopname, lange tijdopnamen (bulb- of tijdfotografie), de zelfontspanner, bracketing, HDR (hoog dynam. bereik), meervoudige belichting, intervalfotografie, en focus-shift. Actieve D-Lighting wordt automatisch uitgeschakeld. Omdat de sluitertijd en de tijd die nodig is om het beeld op de geheugenkaart vast te leggen van opname tot opname kan verschillen, kan het interval tussen een opname die wordt opgenomen en de start van de volgende opname variëren. Wijzigingen in de instellingen worden niet aangebracht en de opname zal niet starten als een time-lapse-film niet kan worden opgenomen bij de huidige instellingen (bijvoorbeeld als de geheugenkaart vol is, het interval of de opnametijd nul is of het interval langer is dan de opnametijd).

De opname kan stoppen als de camerabedieningen worden gebruikt of instellingen worden gewijzigd of een HDMI-kabel wordt aangesloten. Een film wordt gemaakt van de beelden die werden vastgelegd op het punt waar de opname eindigde.

Controlebeeld

De K-knop kan niet worden gebruikt om foto’s te bekijken terwijl de opname bezig is, maar het huidige beeld wordt gedurende een paar seconden na elke opname weergegeven als Aan of Aan (alleen monitor) is geselecteerd voor Controlebeeld in het weergavemenu (het beeld wordt mogelijk niet weergegeven als het interval erg kort is). Andere weergavebewerkingen kunnen niet worden uitgevoerd terwijl het beeld wordt weergegeven.

Stil fotograferen

Het selecteren van Aan voor Stil fotograferen schakelt sommige camerafuncties uit, inclusief:

  • ISO-gevoeligheden van Hi 0,3 tot en met Hi 2
  • Flitserfotografie
  • Ruisonderdrukking lange tijdopname
  • Flikkerreductie